I.35 Jacobus Lodewijk Oudenampsen

Jacobus Lodewijk had een sigarenfabriekje. Zijn vader werd daarin "commissionair", hetgeen voornamelijk ingehouden zal hebben dat hij trachtte de sigaren te verkopen die zijn zoon Jacobus Lodewijk liet maken.
In het boek: Oude ambachten en bedrijven achter Rijn en IJssel door J. W. van Petersen, W. Zondervan, De Walburg Pers, 1972 - 179 pagina's: Ook de winkeliers B.J. Oudenampsen en zijn zoon J.L. Oudenampsen stonden van 1821-1846 als kaarsenmakers te boek, naast hun hoofdberoep als winkelier. Ze woonden in het pand hoek Roggestraatr en Kerkstraat. Het is onbekend, of hij en zijn zoon kaarsen van sterine konden maken. Waarschijnlijk is het niet, want de bereiding van sterine vereist nogla wat werktuigen.
In januari 1945 werd er een contract getekend van een Vennootschap tussen B.G.A. Niermann & J.L. Oudenampsen. Het betrof een bedrijf 'tot het fabriceren van tabak, sigaren en kaarsen, mitsgaders tot den handel in koffie, thee en andere daarbij behorende artikelen'. Jacobus Lodewijk was 28 jaar oud toen hij dit contract tekende. Zijn compagnon de heer Niermann was koopman en was gehuwd met Helena Struijs die Slijtster was. Zowel de heer Nierman als de familie Struijs kwam uit Bremen.
1845 Sigarenfabriekje opgericht (Oudenampsen - Niermann), op 13-1-1845
Vennootschap Oudenampsen-Niemann is begonnen (Nederlandse Staatscourant):
Deze Vennootschap duurde slechte een half jaar.
1845 Vennootschap Oudenampsen-Niermann is weer ontbonden en overggaan naar Niermann. Dit gebeurde op 16-7-1845 zie Algemen Handelsblad:Jacobus Lodewijk ging ook zelfstandig verder want in 1846 blijkt uit patentregisters dat er twee man werkten, en in 1849 dat er acht man werkten.
1850 Jacobus Lodewijk verhuisde (met zijn vader) naar de Veerpoortstraat (thans no. 11). Of zij hun bedrijfje aan huis danwel elders in de stad hadden is niet bekend.